Statenvertaling
Toen kwamen de twee mannen, zonen Belials, en zetten zich tegenover hem; en de mannen Belials getuigden tegen hem, tegen Naboth, voor het volk, zeggende: Naboth heeft God en den koning gezegend. En zij voerden hem buiten de stad, en stenigden hem met stenen, dat hij stierf.
Herziene Statenvertaling*
Toen kwamen er twee mannen, verdorven lieden, tegenover hem zitten, en die verdorven lieden getuigden tegen hem, tegen Naboth, ten overstaan van het volk: Naboth heeft God en de koning vaarwel gezegd. Daarop brachten zij hem buiten de stad en stenigden hem met stenen, zodat hij stierf.
Nederlands Bijbelgenootschap 1951**
Daarop kwamen de twee mannen, nietswaardige lieden, gingen tegenover hem zitten, en deze nietswaardige lieden getuigden van Nabot ten overstaan van het volk aldus: Nabot heeft God en de koning vaarwel gezegd. Toen voerden zij hem buiten de stad en wierpen stenen op hem, zodat hij stierf.
King James Version + Strongnumbers
And there came in H935 two H8147 men, H376 children H1121 of Belial, H1100 and sat H3427 before H5048 him: and the men H376 of Belial H1100 witnessed against H5749 him, even against ( H853 ) Naboth, H5022 in the presence H5048 of the people, H5971 saying, H559 Naboth H5022 did blaspheme H1288 God H430 and the king. H4428 Then they carried him forth H3318 out of H4480 - H2351 the city, H5892 and stoned H5619 him with stones, H68 that he died. H4191
Updated King James Version
And there came in two men, children of Belial, and sat before him: and the men of Belial witnessed against him, even against Naboth, in the presence of the people, saying, Naboth did blaspheme God and the king. Then they carried him forth out of the city, and stoned him with stones, that he died.
Gerelateerde verzen
Job 2:9 | Psalmen 35:11 | Psalmen 27:12 | Matthéüs 9:3 | Deuteronomium 19:16 - Deuteronomium 19:21 | Deuteronomium 5:20 | Handelingen 7:57 - Handelingen 7:59 | Markus 14:56 - Markus 14:59 | Numeri 15:35 - Numeri 15:36 | Leviticus 24:11 - Leviticus 24:16 | Spreuken 25:18 | Éxodus 20:16 | Jesaja 8:21 | Job 1:5 | Maleáchi 3:5 | Spreuken 6:19 | Spreuken 19:9 | Jozua 7:24 - Jozua 7:25 | Job 1:11 | Johannes 19:12 | Deuteronomium 22:24 | Deuteronomium 22:21 | Deuteronomium 21:21 | Prediker 4:1 | Prediker 10:20 | Handelingen 24:5 | Spreuken 19:5 | Handelingen 6:11 | Deuteronomium 13:10 | 2 Koningen 9:26 | Amos 7:10 | Lukas 23:2